Samenwonen met je partner onder hetzelfde dak, maar officieel op verschillende adressen verblijven of fictief in België verblijven, biedt een aantal voordelen, maar vormt een zwaar bestrafte domiciliëringsfraude.
Welk type fraude?
Uitkeringsfraude heeft tot doel ten onrechte een uitkering of een bedrag hoger dan het bedrag voorzien in de reglementering te ontvangen. Daartoe verstrekt de fraudeur onjuiste informatie aan de betrokken instelling (bv. aantal personen ten laste), met name door gebruik te maken van een vals document, of hij verzuimt informatie te verstrekken wanneer hij daartoe verplicht is (bv. aangeven dat hij werkt).
Fraude in de aangifte van de residentie maakt in feite deel uit van deze praktijk en draait om het begrip samenwonen. Om een hogere uitkering of toelage te ontvangen schrijven begunstigden die feitelijk onder hetzelfde dak wonen zich in op verschillende adressen waardoor zij de voordeliger status van alleenstaande verkrijgen.
De financiële tussenkomst (b.v. werkloosheidsuitkering of arbeidsongeschiktheidsuitkering) varieert immers naar gelang van de samenstelling van het huishouden en dus indirect van het adres. In het geval van uitkering voor arbeidsongeschiktheid kunnen de begunstigden door deze fraude een hogere uitkering krijgen, evenals een hogere vergoeding voor gezondheidszorg en andere bijkomende voordelen (korting op het openbaar vervoer of door sommige gemeenten toegekende uitkeringen)
Een andere vorm van deze fraude bestaat uit een fictief adres in België behouden terwijl men in werkelijkheid in het buitenland woont, om uitkeringen of toeslagen te blijven ontvangen waarop men als gevolg van de verhuizing geen (of niet meer op hetzelfde bedrag) recht heeft.
Volgens de Sociale Informatie- en Onderzoeksdienst (SIRS) zien we deze vorm van fraude soms bij gevallen van oplichting, huisjesmelkers en economische en financiële delicten.
We wijzen er echter op dat onder hetzelfde dak wonen als anderen niet automatisch de status van samenwonende met zich meebrengt. Daartoe moet men ook delen in de kosten van het huishouden. Je kan met andere woorden medebewoner zijn zonder samenwonend te zijn, wat elk idee van fraude uitsluit.
Controles en bestrijding
Het probleem van fictieve domiciliëring is een prioriteit in het strafrechtelijk beleid. Een vertrouwelijke circulaire van het College van procureurs-generaal (COL PG 17/2013), aangevuld met een vademecum, kent een centrale rol toe aan het arbeidsauditoraat. Het is belast met het vergemakkelijken van de informatiestroom en -uitwisseling tussen de gerechtelijke autoriteiten, de politie en de sociale zekerheidsinstellingen. Het moet ook de controles versterken, onderzoeken leiden en mogelijke vervolgingen overwegen.
Zonder in detail te treden herinneren we eraan dat het controleren van de effectiviteit van een residentie de basistaak is van buurtinspecteurs die reeds tekenen van fraude kunnen opsporen.
De RVA en het RIZIV voeren meer gerichte controles uit. In 2019 waren dat er bijvoorbeeld 27.587, wat resulteerde in 7.270 inbreukmeldingen. Deze controles worden op het terrein door sociale inspecteurs gedaan. En in het tijdperk van Big Data worden ze ook uitgevoerd met behulp van datamining waarmee men gericht zoekt naar verbanden tussen verschillende gegevensreeksen, en datamatching, dat bestaat uit het vergelijken van twee gegevensreeksen. Deze technieken maken het mogelijk de controles beter te sturen.
Om burgers, bedrijven en organisaties in staat te stellen mogelijke sociale fraude te melden is er een “Fair Competition Contact Point” (https://www.meldpuntsocialefraude.belgie.be/nl/) opgericht.
Aan de hand van een standaardformulier kunnen verschillende feiten worden gemeld: zwartwerk, sociale dumping of uitkeringsfraude. Deze informatie zal worden doorgegeven aan de bevoegde diensten voor een passende follow-up.
De melding mag niet anoniem zijn maar de identiteit van de informant mag zonder zijn toestemming niet worden bekendgemaakt. In 2019 zijn 6.154 meldingen van domiciliëringsfraude naar het contactpunt gestuurd.
Wat riskeert de overtreder
In het beste geval kan de overtreder een waarschuwing krijgen. Maar meestal riskeert hij zware sancties, afhankelijk van de aard van de overtreding.
Hij kan van 4 tot 13 weken worden uitgesloten van het ontvangen van een uitkering. Hij riskeert een boete of zelfs gevangenisstraf. Maar bovenal, en dit is vaak de zwaarste maatregel, zal hij de ten onrechte ontvangen bedragen die vaak kunnen oplopen tot duizenden euro’s moeten terugbetalen.
Conclusie
De status van samenwonende werd in de jaren tachtig om economische redenen ingevoerd op basis van het idee dat twee mensen die onder hetzelfde dak wonen minder kosten hebben dan twee mensen die alleen wonen. Naar schatting leidt dit tot een verlies van meer dan 24 miljoen per jaar voor de overheidsfinanciën (1).
Het idee om het af te schaffen wint momenteel terrein en is op verschillende argumenten gebaseerd. Om te beginnen drijft de economische crisis veel burgers tot armoede en maakt een verlaging van de uitkeringen hun situatie nog erger. Vervolgens maken de nieuwe vormen van co-wonen de controles ingewikkelder, vooral wanneer het erom gaat een onderscheid te maken tussen co-wonen en samenwonen. Tenslotte vergen controles de inzet van belangrijke middelen die ook kosten met zich meebrengen. De situatie van de fraudeurs is echter van dien aard dat het soms onrealistisch is te denken dat zij in staat zullen zijn de onrechtmatig verkregen bedragen terug te betalen.
(1) De totale fraude met uitkeringen wordt geschat op meer dan 90 miljoen per jaar.
© Secunews – https://www.secunews.be